Na de overweldigende Grand Canyon rijden we terug vanuit Arizona naar California richting Death Valley National Park. Het is hier bloedheet en de auto trekt het maar net met die hitte. De Death Valley is de warmste plek van Noord Amerika en dat is te merken ook. En het is nog maar april! We rijden door naar het gezellige Bishop (met ontzettend veel kerken en allerlei religieuze kreten zoals 'He is risen' and 'Jesus died for you!') waar we gaan overnachten bij een chagerijnige moteleigenaar. De modem van de laptop houdt er mee op - we moeten naar een computerwinkel om een nieuwe modem te kopen. Gelukkig is de eigenaar van deze zaak behulpzaam en al snel vinden we wat we zoeken.
Vanuit dit stadje is het de bedoeling dat we de oversteek maken naar Kings Canyon National Park maar we vergeten 1 klein detail: de Sierra Nevada! Deze prachtige berg (8000 voet) ligt een piepklein beetje in de weg en maakt de doorgang onmogelijk vanwege de sneeuw. April is hier duidelijk nog steeds winter en dat is balen, want een dag later is een rechtstreekse gang naar Yosemite vanwege dezelfde sneeuw ook niet mogelijk. We moeten 8 uur (!) omrijden om uiteindelijk in Wawona, het zuidelijkste puntje van Yosemite aan te komen. Net op tijd, want je kunt hier nauwelijks tanken en er zit op het einde van de rit geen druppel benzine meer in de tank. De auto had het hier trouwens ook behoorlijk moeilijk met de hoge bergen maar het lukt ons om heelhuids aan te komen.
Yosemite is prachtig met helaas veel te veel toeristen die net als ons dezelfde watervallen en bergtoppen willen bezichtigen. Het is hier ook koud! Het Wawona Hotel waar we overnachten is een oud en statig Victoriaans gebouw maar we hebben geen eigen badkamer, en 's nachts over de ijskoude overloop is geen pretje. We moeten ook oppassen voor de beren in het park (tussen de 300 en 500) en alle voedsel moet uit de auto (we moeten daar zelfs apart een verklaring voor ondertekenen). De beren ruiken alles, zoet eten maar ook lippenstift etc. Overal hangen foto's van auto's die in het verleden door beren zijn toegetakeld. We doen overdag de Curry Village hike met prachtige uitzichten over het park en in de namiddag besluiten we nog 'even' naar de Sequoa Trees te lopen - ook dat valt tegen vanwege de sneeuw, want 4 km voor de ingang van het park moeten we lopen en mogen we de auto niet meenemen. Uiteindelijk komen we aan bij de oudste bomen van het park (sommigen wel 2000 jaar oud) en het is toch wel de moeite waard, het is hier prachtig.
Na Yosemite is het tijd voor een city-trip naar Sacramento, de hoofdstad van de staat California. Deze kleine provinciale stad blijkt 's avonds uitgestorven en doet me sterk denken aan Den Haag, met veel ambtenaren overdag die hier voor de overheid werken. Sacramento heeft ook een oud gedeelte en ons motel ligt daar lekker dichtbij. Na een paar kroegjes lekker slapen.
Na Sacramento is het tijd voor het piepkleine maar o zo schattige Nevada City. Hier is de goldrush begonnen van California en we zien een klein stadje dat ondanks alle toeristenaandacht heel gewoon is gebleven. Ons hotelletje bestaat uit 12 thema-kamers en wij bezetten de winter-kamer met een gezellige patio aan de achterkant. Nevada City kent heerlijke restaurants en na al die diner tenten met dito hamburgers is dit wel een verademing. Ze zijn hier ook dol op toeristen en iedereen wil weten waar we vandaan komen. In de lokale pub zien we de band Blue Turtle Experience; een mix van reggae, funk, hip-hop en blue grass (een soort van folk muziek). Het lijkt wel of alle hippies zich hier vanavond verzameld hebben, iedereen is hier in peace en er wordt volop gedanst, ze breken de tent af! Ook het nabij gelegen Grass Valley - met een oude mijn die 106 jaar heeft gefunctioneerd heeft en veel betekend heeft voor de lokale goldrush - heeft een oud en gezellig downtown gedeelte, waar we een dag later genieten van een heerlijk ontbijtje. Bart wordt hier nog bijna gearresteerd door een 19-jarige politie-agent vanwege een piepkleine fout bij het stoplicht, maar uiteindelijk loopt dat met een sisser af en is oom agent nog zo aardig om ons even te vertellen waar we lekker kunnen eten en kunnen pinnen.
Na de Grass Valley is het tijd voor wijnproeven in de Russian River Valley, ten noorden van San Francisco. In het stadje Guerneville liggen de meeste wineries achter elkaar in een prachtige groene omgeving - we besluiten wijn te gaan proeven in de Hop Kiln Winery, een kleine en gezellige wijnproeverij met aardige eigenaren. Bart drinkt sinds kort ook wijn en samen proeven we drie witte wijnen (die door mij braaf worden uitgespuugt want ik ben de BOB) en we kopen uiteindelijk een fles die we allebei erg lekker vinden. Moe maar voldaan overnachten we in een motelletje richting San Fran.
Vanuit dit stadje is het de bedoeling dat we de oversteek maken naar Kings Canyon National Park maar we vergeten 1 klein detail: de Sierra Nevada! Deze prachtige berg (8000 voet) ligt een piepklein beetje in de weg en maakt de doorgang onmogelijk vanwege de sneeuw. April is hier duidelijk nog steeds winter en dat is balen, want een dag later is een rechtstreekse gang naar Yosemite vanwege dezelfde sneeuw ook niet mogelijk. We moeten 8 uur (!) omrijden om uiteindelijk in Wawona, het zuidelijkste puntje van Yosemite aan te komen. Net op tijd, want je kunt hier nauwelijks tanken en er zit op het einde van de rit geen druppel benzine meer in de tank. De auto had het hier trouwens ook behoorlijk moeilijk met de hoge bergen maar het lukt ons om heelhuids aan te komen.
Yosemite is prachtig met helaas veel te veel toeristen die net als ons dezelfde watervallen en bergtoppen willen bezichtigen. Het is hier ook koud! Het Wawona Hotel waar we overnachten is een oud en statig Victoriaans gebouw maar we hebben geen eigen badkamer, en 's nachts over de ijskoude overloop is geen pretje. We moeten ook oppassen voor de beren in het park (tussen de 300 en 500) en alle voedsel moet uit de auto (we moeten daar zelfs apart een verklaring voor ondertekenen). De beren ruiken alles, zoet eten maar ook lippenstift etc. Overal hangen foto's van auto's die in het verleden door beren zijn toegetakeld. We doen overdag de Curry Village hike met prachtige uitzichten over het park en in de namiddag besluiten we nog 'even' naar de Sequoa Trees te lopen - ook dat valt tegen vanwege de sneeuw, want 4 km voor de ingang van het park moeten we lopen en mogen we de auto niet meenemen. Uiteindelijk komen we aan bij de oudste bomen van het park (sommigen wel 2000 jaar oud) en het is toch wel de moeite waard, het is hier prachtig.
Na Yosemite is het tijd voor een city-trip naar Sacramento, de hoofdstad van de staat California. Deze kleine provinciale stad blijkt 's avonds uitgestorven en doet me sterk denken aan Den Haag, met veel ambtenaren overdag die hier voor de overheid werken. Sacramento heeft ook een oud gedeelte en ons motel ligt daar lekker dichtbij. Na een paar kroegjes lekker slapen.
Na Sacramento is het tijd voor het piepkleine maar o zo schattige Nevada City. Hier is de goldrush begonnen van California en we zien een klein stadje dat ondanks alle toeristenaandacht heel gewoon is gebleven. Ons hotelletje bestaat uit 12 thema-kamers en wij bezetten de winter-kamer met een gezellige patio aan de achterkant. Nevada City kent heerlijke restaurants en na al die diner tenten met dito hamburgers is dit wel een verademing. Ze zijn hier ook dol op toeristen en iedereen wil weten waar we vandaan komen. In de lokale pub zien we de band Blue Turtle Experience; een mix van reggae, funk, hip-hop en blue grass (een soort van folk muziek). Het lijkt wel of alle hippies zich hier vanavond verzameld hebben, iedereen is hier in peace en er wordt volop gedanst, ze breken de tent af! Ook het nabij gelegen Grass Valley - met een oude mijn die 106 jaar heeft gefunctioneerd heeft en veel betekend heeft voor de lokale goldrush - heeft een oud en gezellig downtown gedeelte, waar we een dag later genieten van een heerlijk ontbijtje. Bart wordt hier nog bijna gearresteerd door een 19-jarige politie-agent vanwege een piepkleine fout bij het stoplicht, maar uiteindelijk loopt dat met een sisser af en is oom agent nog zo aardig om ons even te vertellen waar we lekker kunnen eten en kunnen pinnen.
Na de Grass Valley is het tijd voor wijnproeven in de Russian River Valley, ten noorden van San Francisco. In het stadje Guerneville liggen de meeste wineries achter elkaar in een prachtige groene omgeving - we besluiten wijn te gaan proeven in de Hop Kiln Winery, een kleine en gezellige wijnproeverij met aardige eigenaren. Bart drinkt sinds kort ook wijn en samen proeven we drie witte wijnen (die door mij braaf worden uitgespuugt want ik ben de BOB) en we kopen uiteindelijk een fles die we allebei erg lekker vinden. Moe maar voldaan overnachten we in een motelletje richting San Fran.
No comments:
Post a Comment